Tôgje, een traditie.

Wintermoanne 2021
 
 
 
 
 
Tôgje, een traditie met oudjaar.
 
Jarenlang was het traditie dat de schooljongens (en sommige meisjes) na Sinterklaas hout en ander brandbaar materiaal verzamelden voor de brandbult op oudjaarsnacht, oftewel it tôgjen. Hiervoor werd bij een boer een platte wagen gevraagd, waarmee de kinderen het dorp doorgingen om takken, afvalhout, kerstbomen etc. te verzamelen. Eenmaal vol de wagen naar het stuk land  aan het eind van de Anemareed geduwd. Daar is jarenlang de brandbult op de hoek van de opfeart en het Wiid opgebouwd. De oudste jongens zorgden ervoor dat het hout stevig werd opgestapeld tot een hoogte van zo’n 3 á 4 meter. Op oudejaarsdag werd er de laatste hand aan gelegd, waarna er alvast ‘ôfrûne oalje’ (het afval na het olie verversen van auto of trekker) overheen ging.
 
Na elfen op oudejaarsavond gingen de oudere jongens met een kan benzine naar de brandstapel. Zij waren er verantwoordelijk voor om het vuur op tijd aan te steken, een spannende klus, want het was een hele kunst ’s nacht 12 uur de brand erin te hebben. Te laat zou niet leuk zijn, want na twaalven liep het hele dorp uit om elkaar ‘Veel heil en zegen’ te wensen. Toch is het een keer voorgekomen dat de bult  pas ’s nachts half 2 brandde….
 
Tijdens de jaarwisseling van 1967/68 stond er een sterke noordwesten wind die het vuur zo hevig aanwakkerde dat de vonken om de kerktoren  vlogen. Ook liep de boerderij van Deelstra gevaar, want de vonkenregen ging richting het rietendak. De tuinslang lag al klaar, maar gelukkig liep het goed af. Na dit voorval vond men het niet meer verantwoord om het vreugdevuur zo dicht bij het dorp te houden en werd een nieuwe locatie gevonden. Voortaan werd de brandstapel opgebouwd aan het eind van de Zevenhuisterweg en dan links naast de Oud Meer.
 
Frits Dokter schreef toen het volgende gedicht:
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
De tôgerij
 
In dei of tsien foar âld en nij
 
-dat heart der yn Rie sawhat by-
 
Dan ha de bern inoarren foun
 
En skreppe allegear mei foar âldjiersjoun.
 
 
Hja helje alle spullen op
 
Dy’t go
 
ed barne woll’.
 
De minsken binne dan yn’t jaean
 
Fan al dy rommel gol.
 
 
De jonges binne fan wurk net bang,
 
Al moatte se einen sjouwe.
 
De âldsten moatte dan op ’t lêst
 
It oan de steapel bouwe        
 
 
Autobannen, takken, hout
 
Wurde dan mei nocht op weinen sjoud
 
Dy lûke se dan nei har steed;
 
Dat ha se oan ‘e swarte reed.
 
 
It is in nocht om dat te sjen,
 
Sa everich binn’ al dy bern,
 
Mei hollen dan sa read as bloed
 
De klean kapot en swart as roet.
 
De memmen krije dan jouns hwat thús
 
En der wurdt ek wolris beard.
 
Heit, dy gnysket dan mar hwat,
 
Ta protteljen net by steat.
 
 
Foarhinne wiene wy net oars,
 
Sa moat men it mar besjen.
 
De tôgerij bliuwt dochs yn Rie
 
In feest foar alle bern!
 
 
Op deze plek zijn nog vele jaren grote brandbulten gebouwd en tijdens oudjaarsnacht opgebrand. Dit viel ook wel eens letterlijk in het water! Toen de bult na twaalven brandde zorgde de sterke zuidwesten wind ervoor dat de vlammen om de bult sloegen en aan de noordkant er een stuk tussenuit brandde. Hierdoor raakte de bult uit zijn verband en zakte de bovenkant in het Oud Meer. Linksonder op de foto is het water van het Oud Meer te zien.
In de jaren ’90 veranderde de brandbult langzaamaan in een afvalbult. Er werd niet alleen door de jeugd brandbare spul gebracht, maar bedrijven en mensen van elders gebruikten de brandbult als stortplaats. Er werden koelkasten, meubels, oud ijzer en andere afgeschreven spullen heengebracht, want de brandstapel was vanaf de Peinserweg via de betonreed gemakkelijk voor vreemden te bereiken. Dit was ook te zien aan de brandbult. Deze kon niet meer worden opgestapeld, maar werd een strook met afval.
Almer van der Voorn (voor) en Haije Dethmers (achter) steken op oudejaarsnacht het vuur aan.
Door de problemen die er ontstonden door de afvalstorting was het rond 2000 gebeurd met het Riedster vreugdevuur. De traditie die volgens Frits Dokter in Ried moest blijven bestaan heeft het dus niet gered!
Tiden hawwe tiden!
 
Stichting Oud Ried